Comfortabel en rustgevend: twee termen die je niet snel associeert met zeilen onder spinnaker. Maar toerzeilers die eenmaal met een Parasailor hebben gevaren, weten beter: dit zeil met de vleugel brengt een nieuwe dimensie. Zeilen stapte aan boord bij toerzeiler Pieter Bijvoets om dat zelf te ervaren.
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Parasailor:
‘We halen het zeil binnen om te voorkomen dat-ie nat wordt,” schrijft Pieter Bijvoets gekscherend in het laatste ‘koude streken’-nummer van Zeilen (3/2021), in zijn artikel over een tocht naar de Noordkaap. Hij en zijn vrouw Maika varen de hele nacht op de spinnaker, om pas te strijken als de wind is toegenomen tot 23 knopen en er buien dreigen.
Wie wel eens een spinnaker heeft gestreken met windkracht 5, weet dat je dat makkelijker opschrijft dan dat je het uitvoert. Zeker met z’n tweeën. Maar Passo Doble, een Bavaria 42, is uitgerust met een Parasailor, een spinnaker met een open baan over de volle breedte en een vleugel als van een kite. Wie niet goed kijkt, ziet het verschil misschien niet eens.
Toch is het verschil groot: de spinnaker is niet langer een zenuwachtig zeil dat constant aandacht nodig heeft, maar een goed te controleren doek dat rust aan boord brengt.
Krenten in de pap
We zitten bij Pieter Bijvoets in de kuip. Het is inmiddels 8 jaar na de Noorse reis, maar hij vertelt het verhaal over die nacht alsof het gisteren was. Hoe hij in de kuip zat met alleen de spinnaker op en zich geen moment zorgen maakte, terwijl er toch flinke wind en hoge golven stonden. De Parasailor is dan ook nog steeds aan boord. Maar de ontwikkelingen voor dit innovatieve zeil hebben in de tussentijd niet stilgestaan. Pieter is benieuwd welke verbeteringen ISTEC, de Duitse producent van de spinnakers-met-vleugel, gevonden heeft. Bojan Michiels van Kessenich van Bomarine, importeur van de Parasailor, is meteen bereid om naar Den Helder te komen zodat Pieter een zeil van de nieuwste generatie kan uitproberen.
Zeilen is erbij, op een frisse dag in januari. Bojan: “Ik ontdekte de Parasailor in 2003 tijdens mijn eerste Atlantische oversteek. Na 3000 mijl achter de Parasailor was ik verliefd op dit zeil – op het comfort, de veiligheid en de prestaties.” Sindsdien stak Bojan nog zes keer de oceaan over en importeert hij de Parasailor: “Met Bomarine bied ik toerzeilers al meer dan 15 jaar hoogkwalitatieve en innovatieve oplossingen die het zeilen op zee voor kleine bemanningen aangenamer maken. Dingen die nét even anders zijn.” Bij elke levering van een Parasailor vaart hij een dag met de nieuwe eigenaars mee om uit te leggen hoe het zeil werkt. Bojan: “Dat heb ik inmiddels talloze keren gedaan. En ik vind het iedere keer weer leuk om mensen enthousiast en blij te maken. Dat zijn voor mij de krenten in de pap.”
Drie keer effect
De Parasailor zelf is een normale spinnaker. De opening met de vleugel is het enige dat dit zeil onderscheidt van een gangbare ballonfok. Deze aanpassing heeft op drie manieren effect.
Allereerst is er die vleugel, die als een zachte zeillat zorgt dat het zeil een stabiele vorm houdt, zodat het zich snel opent en vervolgens open blijft. Hierdoor hoeft de Parasailor niet steeds te worden getrimd.
Ook is de vleugel zo ontworpen dat deze de wind naar beneden afbuigt. Hierdoor geeft het zeil relatief veel opwaartse druk. De boeg van het schip wordt uit het water getrokken en de boot heeft minder helling.
Het derde effect van de opening is dat grote drukverschillen en vlagen worden opgevangen. Een klapperende spinnaker slaat vaak met een klap vol, trekt de boot eerst scheef en dan pas vooruit. Bij een Parasailor kan overdruk het zeil makkelijker verlaten. Sterker nog: de werking van het zeil is gebaseerd op een luchtstroom door het zeil in plaats van een ‘overstromende bolvorm’ zoals bij een gewone spinnaker.
Geen kans op pielen
Pieter stuurt de boot nog eens extra hoog. Het grote blauwe zeil staat naast de boot maar zorgt nog steeds voor een prima voortgang en weinig helling. Pieter: “Je kunt met deze versie nog iets hoger varen dan met die van mij, zie ik. ‘70–180 graden,’ zeggen ze en dat klopt zo te zien. Het is eigenlijk een spinnaker en gennaker in één.” Bojan: “Moet je je voorstellen dat je dus zo de oceaan oversteekt. Ik was een keer met iemand mee, die zich erop had verheugd om de hele oversteek te kunnen pielen met de spinnaker. Ik moest haar teleurstellen, want dat is bij de Parasailor echt niet nodig.”
“De meeste klanten zeilen hun Parasailor zonder grootzeil,” vertelt Bojan verder, “want op diepe koersen heb je meer last dan plezier van het grootzeil; het schuurt tegen de zalingen, maakt de boot loefgierig en gijpen blijft tricky. Zonder grootzeil laat je je gewoon in alle rust door de Parasailor voortslepen en je gaat net zo hard.”
Het zeil duwt zichzelf in vorm
Intussen komt het strand van de Noorderhaaks dichterbij en is het tijd om te gijpen. Pieter laat de boot afvallen en haalt de nieuwe tackline aan. Bojan heeft inmiddels de oude tackline losgegooid en is klaar om de schoot binnen te halen. Maar dan gooit de schipper de boot wel heel rigoureus de bocht om. Een Parasailor blijft lang staan maar ook daar zijn grenzen aan. Opnieuw wappert het doek dwars op de boeg. Bojan heeft nog een flink stuk schoot binnen te lieren. Zodra de achterste meters wind vangen, zien we weer het effect van de vleugel weer. Het zeil duwt zichzelf heel rustig in de juiste vorm.
Doorvaren
We zouden graag door willen varen tot aan Harlingen of verder, maar aan al het goede komt een einde. Voor het strijken gooit Pieter eerst de lijschoot los. Om de mond over het doek te trekken moet de druk uit het zeil. Zonder veel moeite trekt Bojan de slurf naar beneden. De schipper laat de hoes langzaam naar het dek zakken waar Bojan de rechter het voorluik in begeleidt. Ook met deze New Generation Parasailor durven we wel die Noorse wateren op met windkracht 5.
Meer informatie over Parasailor vind je hier.
Tags: Bomarine, parasail, Parasailor, spinnakeren Last modified: 8 december 2022