“Ik ben onderweg naar Domburg voor een rescue. Komen jullie ook?”, appt Monique Pool van het Green Heritage Fund Suriname (GHFS). We komen direct in actie: opnameapparatuur mee en onze havenburen in de Waterland marina informeren. Die zijn meteen verkocht. Twee minuten later zitten we met z’n vieren in hun huurauto, reuze benieuwd naar wat we in Domburg zullen aantreffen.
Monique wacht ons op voor een witte minibus, waar in grote letters sloth rescue op staat. Een belangrijke taak van GHFS is namelijk luiaards redden. Na een hartelijke begroeting is het tijd om aan de slag te gaan. “De bewoners van dit huis hebben het luiaard-noodnummer gebeld”, legt Monique uit. “In de buurt zijn bomen gekapt, en een luiaard is gevlucht – ín hun tuin.”
We volgen Monique. Gewapend met een groot net, een hondenkooi en ovenhandschoenen maatje XXXL marcheert ze vastberaden de tuin in. De bewoners hebben hun luid blaffende honden inmiddels aangelijnd. “Ik zag ‘m deze boom in klimmen”, vertelt de bewoonster terwijl ze naar boven wijst. We turen ingespannen omhoog en zien alleen maar bladeren. Maar Monique geeft niet op. Verrekijker erbij, foto’s maken en inzoomen. Zo speuren we vanuit alle hoeken de hele boom af. En dan ineens: ja, dáár zit-ie! Hoog tussen het gebladerte onderscheiden we een grijzige, harige bol met een lichtbruin gezichtje.
“Waarschijnlijk is hij voor de honden gevlucht”, vermoedt Monique. De boom is haar te hoog om erin te klimmen. “We moeten terugkomen als hij weer naar beneden komt”, besluit ze. “Dan brengen we ‘m naar ons opvangcentrum.”
Noodopvang
Een paar dagen later bezoeken we Monique in het luiaard-opvangcentrum. Net buiten het dorpje Groningen rijden we een groot, bebost terrein op. “Heb je de luiaard in Domburg nog kunnen redden?”, vragen we bij aankomst nieuwsgierig. “Zeker, dankzij de oplettende bewoners konden we ‘m uiteindelijk in de tuin oppikken. Hij is hier op adem gekomen, heeft rustig wat gegeten en de nodige medische verzorging gekregen voordat we ‘m weer in het wild los hebben gelaten. Het is fijn dat veel mensen in Suriname ons kennen, en ons in dit soort gevallen bellen.”
“Waarom is het eigenlijk nodig om luiaards te redden?”, vragen we. “Luiaards leven in bomen, en komen daar nauwelijks uit. Ze hangen rustig in de kruin, eten bladeren en komen één keer per week naar beneden om hun behoefte te doen”, begint Monique. “Maar als zo’n boom wordt gekapt, kunnen ze gewond raken, of gestrest. Wanneer alle andere beesten al lang zijn gevlucht, blijven zij achter – doordat ze zo traag zijn”, vervolgt ze. “Dat komt helaas steeds vaker voor, want er wordt meer en meer bos gekapt om het land voor iets anders te gebruiken. Maar ook droge periodes zijn funest voor hun gezondheid, zeker nu die door de klimaatcrisis langer duren. Ze halen namelijk al hun vocht uit blaadjes.”
Toch heeft het GHFS al talloze luiaards kunnen redden. “Een tijd geleden werd er net buiten Paramaribo bos gekapt om huizen te bouwen. Toen hebben we meer dan honderd luiaards in één keer op moeten vangen. Een verbijsterend aantal. Eigenlijk zijn wij – mensen – in de stad van de dieren gaan wonen, en hebben zo hun boomwoningen weggenomen.”
Op audiëntie bij de ambassadeurs
Er zijn op dit moment maar een paar luiaards in het opvangcentrum. Ze hebben hier een groot bos tot hun beschikking en blijken lastig te spotten. Als we een rondje lopen en naar boven kijken, zien we alleen maar boomkruinen – zelfs als een verzorgster van de opvang er eentje aanwijst.
Gelukkig zijn er de ‘ambassadeurs’. Monique houdt stil bij een ruime kooi en dan zien we eindelijk een luiaard van dichtbij. Hij hangt onverstoorbaar aan het hek en kijkt ons nieuwsgierig aan. “Dit is een drievingerige luiaard, vermoedelijk van jongs af aan als huisdier gehouden – hoewel het een beschermde diersoort is. Kijk, je ziet nog steeds de littekens van het touwtje waar-ie aan vastzat. Hij is zo gewend aan mensen, dat-ie in het wild waarschijnlijk niet zou overleven”, legt Monique uit. “Daardoor is hij nu heel benaderbaar en kunnen jullie zo dichtbij komen.”
Een tweevingerige luiaard laat zich ook uitgebreid door ons bewonderen. “We lieten hem steeds opnieuw vrij, maar hij kwam elke keer terug. Blijkbaar vindt-ie het leuk hier.” Deze soort is veel groter, minder sloom en kan ook agressief zijn. Dat we er een zowat kunnen aaien is dus uitzonderlijk.
Prachtig en nuttig
Monique zet zich al tientallen jaren in voor de natuur. “Ik hou van dieren. En van het een kwam het ander”, vertelt ze als we vragen wat haar drijft. “Ik zag ‘ns een gewonde luiaard langs de weg liggen en nam het beest mee naar huis om het te verzorgen. Toen het er later steeds meer werden, richtte ik GHFS op. Er kwamen vrijwilligers bij en we kregen donaties voor de bouw en het onderhoud van het opvangcentrum”, vertelt Monique. “Luiaards zijn niet alleen prachtig, maar ook erg nuttig. Ze spelen een belangrijke rol in het ecosysteem van Suriname, doordat ze boomzaden verspreiden. Gaat het goed met de luiaard, dan gaat het goed met het bos”, legt ze uit. “En andersom. Daarom zetten wij ons ook in voor bosbehoud. Veel mensen hebben eigenlijk geen idee hoe afhankelijk we zijn: wij kunnen niet zonder natuur, maar de natuur kan wél zonder ons.”
Roze buiken
Dat Monique zich niet alleen voor het bos en luiaards inzet, wordt duidelijk als we haar op de Surinamerivier vergezellen. “Jaren geleden zag ik tijdens een vaartocht naar het strand bij Braamspunt prachtige Guyana-dolfijnen. Ze waren heel speels en sprongen met hun roze buiken boven het water uit. Toen ik hoorde dat ze werden bedreigd, dacht ik ‘wat kan ik doen?’ Plasticvervuiling en baggerwerkzaamheden zijn serieuze bedreigingen, dus zijn we wetenschappelijk onderzoek gaan doen. Naar de waterkwaliteit, maar ook door te observeren op welke plekken die dolfijnen precies zitten. Op onze vaartochten daarheen nemen we toeristen mee, zo kunnen we de lokale schippers betalen”, vertrouwt Monique ons toe terwijl haar collega watermonsters neemt en de resultaten in een schrift noteert. En dán zien we ineens dolfijnen opspringen. Net als wij, reageert iedereen aan boord wild enthousiast.
Een strandschone plek
Na de dolfijnenshow meren we af bij het strand van Braamspunt. Hier, op het schiereiland tussen de Surinamerivier en de Atlantische Oceaan, spoelt veel troep aan. Het is een nachtmerrie voor de dieren, waaronder de zeeschildpadden die hier hun nesten maken. Met z’n allen vullen we in een mum van tijd zakken vol plastic. Het opruimen werkt aanstekelijk; als je ergens van houdt, wil je het beschermen. Dus wie om dieren leert geven, wil vanzelf waken over de biodiversiteit. Monique geeft het goede voorbeeld en weet er heel veel mensen voor te enthousiasmeren.
Lotsverbonden met wilde dieren
Maar dieren beschermen gaat verder dan ervoor zorgen dat ze overleven. Zoals de luiaard afhankelijk is van een boom om in te leven, en de dolfijn van schoon rivierwater, zijn wij mensen net zo goed afhankelijk van gezonde ecosystemen voor onze eerste levensbehoeften. Wij hebben schoon water nodig om te drinken en schone lucht om te ademen. Een schone bodem en zee voor gezond eten. En een stabiel klimaat voor ons welzijn. Wij delen deze unieke planeet met ontelbare andere levensvormen, die net zo goed recht hebben op leven.
“En denk trouwens niet dat wat je in Nederland doet, hier geen effect heeft”, spreekt Monique vermanend. “Wereldwijde consumptie, uitstoot en vervuiling hebben ook hier gevolgen. Alles is met elkaar verbonden. Dus neem je consumptie onder de loep. Heb je echt álles nodig? Wat doe je met je afval? En gebruik niet zo veel plastic – dat is funest voor de natuur en dús voor de mens. Als het goed gaat met de wilde dieren, gaat het goed met ons”, vat Monique haar missie samen. Wie wilde dieren redt, redt uiteindelijk zichzelf!
Meer informatie? Kijk hier voor duurzame oplossingen en de zeilavonturen van Sailors for Sustainability.
Tags: Sailors for Susatinability Last modified: 31 januari 2024