Zeemanschap

Aan boord overstijg ik mijn ego

Ervaren schipper over zeemanschap

11:11

Zijn halve leven legt Rob Bonte (63), eigenaar van de Zeezeilers van Marken, zich al toe op het coachen van instructeurs. Daarbij zoekt hij bewust de randen van het gevaar op: “Je gaat pas leren en ontdekken als je buiten je comfortzone treedt.”

Dit artikel is eerder gepubliceerd in Zeilen editie 03/2020
Tekst: Floortje Gunst

Het lijkt een onbenulligheid. Een theedoek die verfrommelend in een hoek van de kajuit ligt. “Maar zoiets kleins kan leiden tot grote spanning, zeker als vermoeidheid tijdens een lange oversteek een rol speelt,” zegt Rob Bonte. “Iemand is misschien gehecht aan die theedoek. Dus pak ik hem op, vraag wie hem heeft laten vallen en vouw hem netjes op. Dan stroomt het weer en ontstaan er geen blokkades. Ik voel het heel snel als er spanning ontstaat aan boord. Dat is onderdeel van wie ik ben. Die gevoeligheid gebruik ik om een sterk team neer te zetten.”
“Zeilen is voor vijftig procent sociaal bezig zijn. Goed zeemanschap gaat niet alleen over het beheersen van technieken. Dat is van ondergeschikt belang. Techniek kun je aanleren. Om een goede schipper te zijn, moet je bepaalde eigenschappen hebben, zoals charisma, nieuwsgierigheid en het vermogen om een teamspeler te zijn.
Dat laatste heb ik heel sterk. Aan boord overstijg ik mijn ego. Ik zet mezelf in als instrument om te zorgen dat anderen zich kunnen ontwikkelen. Dat doe ik grotendeels onbewust.
Je hebt schippers die vooral willen laten zien wat ze kunnen en continu aan het woord zijn. Dat is niet mijn stijl. Tijdens een van de eerste cursussen die ik gaf, was er één teamlid dat van begin af aan dingen anders wilde doen dan ik voorstelde. In plaats van daar tegenin te gaan, ging ik met hem mee en liet ik hem ervaren wat er goed en wat er fout ging. Als ik was blijven vasthouden aan mijn ideeën, was het uitgedraaid op een conflict. Zo probeer ik altijd mensen dingen zelf te laten inzien. Dat betekent dat ik vrij stil ben en vooral observeer. Ik ben niet iemand die sfeer creëert door grappen te maken of amicaal te doen.
De dingen die ik mis zie gaan, gebruik ik als leermoment. Dat is een automatisme. Soms heb ik enige bedenktijd nodig. Roepen dat het fout gaat, vind ik ongenuanceerd. Dat doe ik ook wel eens, maar daar ben ik dan niet blij mee. Vragen stellen is de meest sympathieke vorm om mensen te laten groeien.”

Rob Bonte, dan 21 jaar, aan boord van De Eendracht bij Zuid-Engeland.

Natuurlijk leiderschap

“Dat lukt natuurlijk niet altijd. Daar zit ook mijn minder sterke kant. Soms balanceer je op het scherp van de snede; dan schuurt een situatie tegen mijn eigen grenzen aan. Ik voel dat de bemanning het schip niet meer onder controle heeft en ik moet dan vaak forser ingrijpen. Op zo’n moment verander ik; ik word directief en kortaf.
Ik maak duidelijk wat er moet gebeuren; dat is in zo’n geval ook mijn rol als schipper. Er bekruipt me een ongemakkelijk gevoel. Het gebeurt gelukkig niet vaak dat ik het op die manier overneem.
Ik merk aan boord dat ik een soort natuurlijk leiderschap heb waardoor de bemanning me blijft volgen. Dat is misschien een zeker charisma wat ik heb. Ik maak daar ook wel eens ‘misbruik’ van. Daarmee bedoel ik dat ik bewust de grenzen van het gevaar opzoek en de moeilijkheidsgraad opvoer. Je gaat pas leren en ontdekken als je buiten je comfortzone treedt. Ik probeer de bemanning die ik train, bewust onbekwaam te maken. Dat is confronterend en niet altijd leuk voor ze. Natuurlijk zorg ik wel dat ik tijdig ingrijp als het echt gevaarlijk wordt.
Ik voer ooit met windkracht acht de Solent af met een ervaren bemanning. We hadden besproken dat we met tegenstroom moesten wegvaren; dan kun je altijd weer terug. Ik wist dat als we eenmaal voorbij een bepaald punt waren, we niet meer terug konden. En dat als we eenmaal op open zee zouden zijn, we vierentwintig uur buiten moesten blijven. Bij Eastborn of Brighton kun je niet naar binnen als het zo hard waait; dan moet je doorvaren tot Dover. Bij de monding zagen we de schuimkoppen op het water staan.
Ik vroeg aan de jongens hoe het ging en of ze het verstandig achtten om naar buiten te gaan. Ik zag die koppies kijken. Het was opvallend dat ze mij in eerste instantie blind volgden en niet naar elkaar of naar mij toe uitspraken dat ze liever wilden omkeren. Uiteindelijk gaf de bemanning aan dat ze terug wilde gaan. Dat vond ik een goede beslissing. Toen dat eenmaal uitgesproken was, kwam er een zucht van verlichting uit de groep. Iedereen had strak gestaan van de spanning. Die situatie was bewust aangebracht. Je moet leren om situaties in te schatten, je eigen grenzen kennen en je plan bij te durven stellen.”

Je eigen grenzen kennen

“Zelf neem ik nooit te veel risico. Wel word ik af en toe nog verrast. Ik voer laatst met harde wind bij de Canarische Eilanden.
Ik ken de windversnellingzones rond die eilanden. De wind zou toenemen van windkracht twee naar zeven. Maar eenmaal op open zee werd ik toch verrast door het gedrag van het schip. Er stonden vijf meter hoge golven. Ik wist dat er dingen stuk zouden gaan als we zouden doorvaren. Ik heb toen gezegd: ‘We gaan terug.’ Dat kan natuurlijk niet altijd. Maar de kunst van goed zeemanschap is óók onderkennen als het niet goed gaat. Dat moet je benoemen. Je moet je eigen grenzen kennen.
De wet van Murphy komt bij mij niet voor; ik laat het er niet op aankomen. Een goede voorbereiding is essentieel. Alle elementen moeten kloppen: de uitrusting van de boot, de bemanning. Als schipper moet je voor die randvoorwaarden zorgen. Ik wil bovendien dat iedereen aan boord dezelfde focus heeft. Wat gaan we doen? Ik leg die vraag, voordat we de haven uitvaren, bij de bemanning neer en vat hun antwoorden samen. Daarbij zie je wel aan me wat ik een goed idee vind en wat een minder goed. Ook besteed ik veel aandacht aan de taakverdeling, waarbij ik kijk naar wat iemands expertise is. Je moet realistisch zijn. Als je dingen moet doen die je niet leuk vindt of niet begrijpt, heeft het geen zin. Het werkt alleen als een taak past bij een persoon. Dan komt mijn mensenkennis van pas. Vervolgens bewaak ik dat iedereen zijn taak uitvoert. Als dat niet gebeurt, loop je het risico dat er iemand mist op een bepaalde plek.
Een klein, maar belangrijk voorbeeld is als er geen broodjes zijn op het moment dat iedereen honger heeft. Dit heeft allemaal te maken met veiligheid: dat zit in de middelen, maar ook in de manier waarop je met je bemanning omgaat. Het moet ook leuk zijn aan boord.”

Rob Bonte in het kort

20 april 1959: Geboren in Amsterdam
1978-1982: Opleiding aan de Hogere Zeevaartschool in Amsterdam
1989-1991: Opleiding aan de Academie voor Fotografie
1987: Aangesloten bij Zeezeilers van Marken, toen nog in Marken Werkzaam als freelance fotograaf
1992 1997: Met een compagnon Zeezeilers van Marken overgenomen, nu gevestigd in Harlingen. Sindsdien werkt Bonte als CWO -en RYA- opleider/trainer/coach en hoofd- instructeur. Geeft leiding aan 80 instructeurs. Bonte woont in Harlingen en heeft een dochter van 17.

Omslagfoto en foto’s: Floortje Gunst en privéarchief van Rob Bonte
Tekst: Rob Bonte

Tags: Last modified: 12 september 2023
Sluiten